Ronald is de zoon, hij is vijfenveertig jaar en werkt als chirurg. Zijn vader heet Jaap en stopte vijftien jaar geleden als huisarts. Vorige week kwamen ze voor een vader en zoon gesprek en stapten gereserveerd de Bloeikas binnen. De mannen voelen zich duidelijk niet op hun gemak.
‘Toen mijn vader overleed, wist ik precies hoe het tussen ons zat’ zeg ik tijdens mijn verhaal. Op dat moment kijkt Ronald naar zijn vader, die stuurs voor zich uit kijkt. Ronald zoekt contact, schraapt zijn keel en kijkt naar zijn vader. Jaap reageert niet, lijkt iets af te wenden. ‘Er is altijd veel liefde tussen vaders en zonen, maar ze vinden het ingewikkeld dit te tonen en hierover te praten’. Opnieuw zoekt Ronald tevergeefs contact. Jaap negeert Ronald compleet. Ik besluit om het gesprek te verleggen.
A: Jaap, ik zie dat Ronald contact met je probeert te maken, merk je dat niet?
J: Eh, nee, eerlijk gezegd niet echt.
A: Niet echt, maar wel een beetje toch Jaap?
J: Nou….
R: [lijkt te twijfelen] Pap?
J: [geagiteerd] Ja?!
A: Mannen, ik zeg wat ik zie. Het is mijn waarneming. Niet meer en minder. Benieuwd hoe jullie het ervaren. Ik zie dat Ronald een aantal keren nadrukkelijk contact met Jaap zoekt, maar Jaap doet alsof hij het niet merkt. Mijn waarneming is dat Jaap het wel merkt, maar niet weet hoe te reageren, en daarom verder afstand neemt. Dit doet Ronald zichtbaar pijn en verdriet. [dan kijk ik Jaap aan] En vermoedelijk jou ook.
Jaap slaat zijn ogen neer. Ronald is gespannen. Ik laat de stilte. Jaap speelt met zijn trouwring. Ronald kijkt naar mij. Het blijft stil.
A: Nu het zo lekker stil is, zet ik ff een plaatje op. Het heet papa, van Stef Bos. Misschien kennen jullie het wel.
Ronald en Jaap beginnen allebei te schuiven op hun stoel, er volgt een diepe zucht van beide kanten…..het voelt alsof ze zich overgeven.
Tijdens het lied komen de tranen bij Ronald, Jaap kijkt naar de grond, zeker niet naar zijn zoon, het lijkt alsof hij met kracht probeert zijn emoties te bedwingen.
A: Jaap! Kijk eens naar je zoon!
J: [staart naar de grond]
A: [Ik sta op en zeg vrolijk] Ok mannen. We stoppen! Jullie hebben lekker gepraat toch?
Jaap staat automatisch ook op en blijft een beetje onhandig staan. Ronald blijft stilletjes zitten. Voor het eerst draait hij naar Ronald, die met zijn hoofd in zijn handen zit. Jaap twijfelt, zet een stap richting zijn zoon en zakt door zijn knieën. Ronald grijpt zijn vader vast en Jaap omarmt hem. Er volgen veel tranen, een heel lange knuffel en zachtjes worden woorden gewisseld. Ik kan het niet horen, en eerlijk gezegd ben ik zelf écht geraakt dus ga maar zitten en aanschouw het tafereel.
Na enkele minuten laten ze elkaar los, er wordt verlegen en opgelucht gelachen, beide halen een zakdoek uit hun broek en snuiten hun volgelopen neus.
A: Zo! Er is contact zie ik! Vertel eens, hoe zit het eigenlijk tussen jullie?
Jaap begint te vertellen over zijn leven als huisarts, het te vroege overlijden van zijn eerste vrouw (van wie hij de trouwring nog draagt) en hoe hij het gezin met drie opgroeiende kinderen droeg. Hij werkte hard, was een geliefd huisarts, maar vond het gezin in zijn eentje draaien heel moeilijk. Hij kreeg snel na het overlijden van zijn vrouw een relatie, hij noemt het een vlucht, na twee jaar was het voorbij. Ronald ging als eerste studeren, de andere twee dochters verlieten het huis later. Jaap vertelt dat het als een opluchting voelde toen alle drie het huis hadden verlaten, en dat gevoel vond hij ingewikkeld. Jaap vertelt uitgebreid over hoe zwaar hij deze periode vond en hoe moeilijk hij het vond dat Ronald uit huis ging. Hij benoemt zijn onzekerheden en twijfels, soms geëmotioneerd, hij is helemaal open gegaan. Ronald luistert aandachtig en af en toe met ongeloof. Is dít zijn vader?! Ook benoemd Jaap hoe trots hij was toen Ronald medicijnen ging studeren, uiteindelijk als chirurg afstudeerde en nu al ruim tien jaar werkt. Al die tijd kijkt hij naar het vuur in de kachel, hij kijkt ons nauwelijks aan. Ronald golft mee met de emotie van zijn vader, hij is goed op hem afgestemd en lijkt te voelen hoe het voor zijn vader moet zijn geweest. Na een monoloog van twintig minuten kijkt Jaap op, eerst naar mij, en vervolgens, met moeite, durft hij Ronald aan te kijken.
R: Jezus pap!
Ze kijken elkaar aan en Ronald legt zijn hand op de onderarm van zijn vader. De sfeer is totaal veranderd.
A: Goed Jaap, prachtig verhaal! Maar geen antwoord op mijn vraag, hoe zit het eigenlijk tussen jullie? Misschien kan Ronald hier zijn kijk op geven?
R: Jezus pap….nou, ik weet ff niet waar te beginnen.
Vervolgens vertelt Ronald zijn hele verhaal. Ook mooi, verdrietig en herkenbaar. Na ongeveer tien minuten blijft wederom de onderlinge relatie onbesproken.
A: [Met grote lach] Mooi verhaal Ronald. Maar het zit in de familie volgens mij, ik wil nu gewoon antwoord op mijn vraag!
Ronald en Jaap zijn nu een team, tegenover mij, en hebben heel veel lol. ‘Het is inderdaad waar, we kunnen blijkbaar wel een verhaal vertellen, maar niet tegen elkaar hoe het zit ofzo.’ De mannen lachen, er is verbinding, maar ik krijg geen antwoord op mijn vraag.
Ik speel een teleurgestelde man. ‘Als jullie mijn vraag niet willen beantwoorden, dan is dat maar zo….stelletje medische….’
J: [kijkt Ronald aan] Arno, ik wil je best antwoord geven. [kijkt trots, bij het uitspreken is hij zichtbaar geëmotioneerd]. Ik hou heel veel van Ronald, en…..[emoties nemen over].
R: [betraand] …ik zoveel van jou pap…..
Ronald omarmt zijn vader, tranen, opluchting en wederom een grote lach gevolgd door twee zakdoeken.