Yes succes!….en eenzaamheid:-(

Boris komt voor de eerste keer de Bloeikas binnen. Via een relatie zoekt hij me op. Hij is midden twintig, directeur van een innovatief bedrijf met bijna dertig mensen in dienst. Kortom, wat is het probleem?

Hij vertelt hoe hij op zijn veertiende begon met ondernemen, webshops, handel, vallen en opstaan. Zijn droom was om op jonge leeftijd financieel onafhankelijk te zijn. Veel van initiatieven strandden, sommige waren redelijk succesvol maar het bleef ‘een beetje klooien’.

Tot hij drie jaar geleden in een branche belandde waar alles lukte, een niet te stoppen vraag naar zijn product, het blijft groeien en hij probeert het allemaal te managen.

B: Ik weet eigenlijk niet waarom ik me niet gelukkig voel…
A: [vrolijk] Nee, terecht ook…alle gaat voor de wind.
B: Het is het leven wat ik wilde…alles lukt me…
A: Zelfs in de liefde?
B: [glimlacht] euhh…ja volgens mij wel.
A: [enthousiast] Niets meer aan doen chef! Volgens mij heb je niets te klagen. Ik zou zeggen lekker doorrammen!
B: [lacht] Ja toch?!
A: Prima. Volgens mij heb je geen probleem!
B: ok….euh
A: Weet je, volgens mij ben jij een te oude geest in een te jong lichaam. Dat is soms zo…jij leidt een leven van iemand van rond de vijftig. Directeur, financieel geslaagd, geen zorgen….ik denk dat jij er zo één bent! Uitzonderlijk maar prima.
B: [afwezig] Soms zie ik mijn vrienden…die doen maar wat….beetje feesten, baantjes doen…een aantal van die gasten werken nu voor mij! Dat is toch geen leven!?
A: Nee…het leven wat jij leidt is véél beter….
B: [verward]…eh…nou..
A: Ben je eenzaam?
B: [lijkt te schrikken, vervolgens tranen in ogen]……wow….die zag ik niet aankomen….
B: [aanwezig!] Fuck Arno. Dit komt écht binnen….. [hij staart lange tijd voor zich uit] Ik heb alles wat ik wil…..en toch

Ik laat het even indalen bij Boris. Ik blijf bij hem én bij deze situatie. Na de tissue begint hij te praten.

B: Eerlijk gezegd snap ik die gasten soms niet. Ik ben continu op zoek naar nieuwe kansen, ik wil vooruit. En zij liggen in het weekend tot één uur in hun bed. Soms zit ik op mijn kantoor, dan zie ik al die mensen die voor me werken (dat vind ik trouwens een verschrikkelijke term), die weten allemaal wat ze doen, gaan samen op pad naar de klant….en ik zit dan een beetje op mijn kantoor…en dan denk ik…wat zal ík eens gaan doen…

A: Jij bent gewoon een beetje raar Boris, op deze leeftijd op deze positie…en wat zullen ze wel niet van je denken.
B: [enthousiast] Ja man! Dat ook. Dat denk ik ook continu, ze zullen wel denken, die rijke stinkerd, hij doet belangrijk, vroeger was hij één van ons…
A: En dat is feitelijk ook allemaal waar!  Je bént een rijke stinkerd, je dóet belangrijk en bent niet meer één van hun….
B: Ja maar dat is helemaal niet wat…..[wederom verbazing]
B: Niet. Wat. Ik. Wil…..jemig Arno….ik verbaas mezelf…..[stilte]……

A: [vrolijk] Dat vind ik wel mooi aan jou Boris, je wilt financieel onafhankelijk zijn, op jonge leeftijd een rijke stinkerd [knipoog] en nu zit je hier een beetje zielig te doen. Jij mag me wel een lesje How to become filthy rich in two years and lonely as hell geven.
B: [Lacht hard] Ik heb serieus op youtube dat soort gasten gevolgd….met dat soort teksten…[blijft lachen] en nu….moet je me nu zien…..[lach gaat over in huilen]

Lachen om je probleem is heerlijk, het relativeert, creëert afstand en lucht enorm op. Huilen uiteraard ook, en het geeft erkenning aan de pijn die er ook is.

Boris gaat goed naar buiten, hij zegt: ‘Ik ben blij dat we hebben gesproken, ik weet nog niet hoe ik verder moet, maar er lijkt een soort duidelijkheid te zijn die er niet was, tot over twee weken’

Op dit moment heb ik een aantal jonge managers en directeuren in coaching die herkenbare problemen delen. Die laat ik binnenkort met elkaar kennismaken om ervaringen te delen.

Uit het moeras getrokken

Bernard komt de Bloeikas binnen. Hij oogt vermoeid en ‘zwaar’. Met een zucht laat hij zich in de stoel zakken.

Bernard is algemeen directeur van een MKB bedrijf. Hij werkt al vijftien jaar samen met zijn broer in een familiebedrijf en werkt met ongeveer twintig collega’s. Hij is bijna veertig en heeft een jong gezin. Na een coachingtraject is hij veel dichter gekomen bij wie hij oorspronkelijk is. Hierdoor heeft hij duidelijke keuzes gemaakt die hem veel ruimte en luchtigheid hebben gegeven. Nu komt hij eens in de zes weken voor een opfrisgesprek.

A: Nou Bernard…..ga maar eens lekker zitten kerel. Volgens mij heb je een zware dag…
Bernard begint te vertellen over de zaak, moeilijke leveringen in deze tijd, ongeduldige klanten, onenigheid met zijn broer en de druk die hij voelt. Hij zucht en steunt.

A: Wat is nou eigenlijk het probleem?
B: Het lijkt wel of het hele bedrijf op mij leunt.
A: Dat lijkt niet alleen zo…..dat is ook zo. Jij bent ALGEMEEN directeur. AL-GE-MEEN. Dat betekent dat alles bij jou terecht hoort te komen. Dus dat klopt. Wat is het probleem?
B: Ik kom gewoon niet meer toe aan de dingen die ik belangrijk vind, ben alleen maar bezig met details…
A: Maar dat is fantastisch! Jij bent daar ook heel goed in. Het is niet voor niets dat al jouw mensen én de klanten jouw daarvoor benaderen….en jij bent dol op details toch?
B: [kijkt me guitig aan] Precies.
A: Precies is ook mooi uitgedrukt vind ik. Als iets precies is, gaat het ook over details. Jij bent heel precies..
B: [lacht hard] Ja dat bedoel ik. Ik ben daar juist niet goed in!
A: huh? Niet? Net zei je nog precies….en dat vind ik juist zo mooi aan jou, dat jij de hele organisatie weer op sleeptouw neemt. Daarom houden ze zoveel van je. Omdat jij die details zo goed oplost de hele tijd. Eigenlijk zit jij in de handel……de DETAIL-handel! [lacht]

B: [weer luide lach]. Ach man, hou maar op. Ik ben toch geen detaillist.
A: [verbaasd] Niet?!
B: Nee! Ik ben juist van de grote lijnen, het bedenken van creatieve oplossingen en nieuwe ideeen. Maar daar kom ik niet aan toe.
A: Jij bent natuurlijk ook onmisbaar en onvervangbaar.
B: Nou…zo voelt het wel ja!

A: [vertraagd]. Heel eerlijk Bernard, hoe voelt dat…
B: Het voelt alsof ik helemaal geen kant op kan, alsof ik helemaal klem zit….alsof….[ogen beginnen te twinkelen en stem wordt vrolijk] Maar ik heb de oplossing al! [Hij is lang stil en denkt na..]

A: Echt?
B: [helemaal opgelucht, vrij] Arno, het voelt alsof je me net uit het moeras hebt getrokken
A: Ik zie het ook…je zit nog helemaal onder de modder, je ziet er niet uit man!
B: [energiek] Enige tijd geleden heb ik een jongen gesproken die bij ons wil komen werken. Die kan veel dingen van me gaan overnemen en …..blablabla……

Bernard lichtte helemaal op, zijn energie begon te stromen en hij zag alleen weer oplossingen en kansen.

B: Dit is één van de beste sessies die we hebben gehad, het is altijd waardevol….maar deze….

Het verschuiven van perspectief, inzoomen en uitzoomen, versnellen en vertragen in deze sessie werkte goed. Uiteraard hebben we veel gelachen over zijn probleem wat het enorm relativeerde.

Na een uur vertrok Bernard vol energie de Bloeikas. En ik bleef vol energie in de Bloeikas.

Slavin Irene

Irene is zakelijk succesvol. Ze is begin vijftig, moeder van drie kinderen en getrouwd met Bart. Dit is haar derde coachingsessie, ze voelt zich al enige tijd niet gelukkig.

Mijn intuitie zegt dat de relatie met Bart niet goed is, echter Irene laat het onderwerp telkens los. Het overdrijven van de situatie met humor geeft inzicht, maakt wakker en zorgt voor een reactie. Tijd voor deze aanpak.

A: Hoe voel jij je eigenlijk als Bart om je heen is?
I: Hoe bedoel je?
A: Nou, volgens mij is het nogal een mannetje.
I: Ik hou heel veel van hem…
A: Oh, dan is dat geen probleem…..[stilte]
I: [bedenkelijk]. Wat bedoelde je eigenlijk, dat Bart een mannetje is….
A: [opgeruimd] Niets hoor. Je houdt heel veel van hem toch?
I: Ja, dat wel, maar…..
A: [onderbreekt] Dat is dus goed. Wat is eigenlijk wel het probleem?
I: Toch nog even over Bart….
A: Nee, je bent niet zo gelukkig, maar het ligt niet aan Bart, want je houdt veel van hem zeg je toch?
I: Je vroeg hoe ik me voel als hij om me heen is…..nu ik erover nadenk….best wel gespannen…
A: Ik ben ook wel eens gespannen, lijkt me niet echt een probleem toch….die Bart.
I: Ik ben zelfs een beetje op mijn hoede…..of ik wel de juiste dingen zeg.
A: Dat vind ik zo mooi aan jou, dat je altijd de juiste dingen zegt, doe je hier ook….heerlijk lijkt me dat voor Bart.
I: Maar dat is toch te gek voor woorden?!
A: Nou, de MAN is nog altijd de baas in huis toch? Een goede VROUW dient zich hieraan aan te passen, zoodat de MAN het in huisch gerieflijk heeft.
I: [opstandig, verbaasd, verward] Ja ho es even….
A: Ik doe even Bart. ‘Dag liefste, hoe was jouw dag? De mijne was ….blablabla…….en wat heb je voor lekkers gekookt? Waarom heb je me niet gecomplimenteerd met mijn nieuwe klant? Had ik je toch vertelt? Interesseert het je niet wat ik doe? ‘

I: Nou, zo gaat het soms precies! En als ik dan niet de juiste dingen zegt, dan….
A: ‘En heb je de kinderen al in bed gedaan? Je weet toch dat ik dat graag wil. Oh, en ik moet vanavond nog tennissen, dus jij moet thuisblijven. Ik neem trouwens jouw auto even mee, de mijne moet nog getankt, wil jij dat even doen? Ja? Fijn. Nou lieverd, fijn dat jij ook een fijne dag had. Ik lust wel een wijntje, schenk jij het even in? ‘

I:[schiet in de lach] Nou, zo erg is het niet…..
A: Maar het scheelt niet veel! Wat een verschrikkelijke man heb je eigenlijk. Hoe lang ben je met hem samen? Ik zou het wel weten, die tiran…
I: [geschrokken]. Wat bedoel je?…
A: Nou, weggaan natuurlijk! Je bent financieel onafhankelijk, directeur van twee flinke ondernemingen en thuis ben je een slavin! Dat is afgeschaft hoor! Maar misschien wil jij het weer introduceren….kan ik je niet kopen? Op de slavenmarkt, ik ga Bart zo ff bellen. Ik heb ook van alles wat jij zou kunnen doen voor mij. Lijkt me wel mooi. Heerlijk!!

I:[schiet in de lach, actief]. Oh, wat erg….het is inderdaad wel wat je zegt, ik voel me soms echt soort gevangen!
A: Dat voel je goed, want dat ben je ook. Je bent ZIJN bezit!
I: [laat zich in stoel zakken, realisatie in stilte]……shit Arno. Shit, shit! Nu ik dit zo benoem zie ik hoe het veranderd is. Dit is niet goed hè?

Irene realiseert zich wat ze normaal is gaan vinden en voelt ook hoeveel last ze ervan heeft. Ze stapt in verwarring uit de stoel. Schudt mijn hand en loopt naar de deur.

Ze draait zich om en kijkt me vastberaden aan en zegt: Arno, dankjewel. Ik wil hier volgende keer mee aan de slag. Ik realiseer me nu pas hoeveel ik me aanpas, het zal niet makkelijk zijn, maar ik ben nu al opgelucht!

Een kneitersuccesvolle loser

Carol komt vrolijk de Bloeikas binnen, haar rit uit haar woonplaats in het midden van het land zit erop. Het is haar derde coachingsessie. Ze is rond de vijftig, directeur van een internationaal bedrijf met drie vestigingen en meer dan driehonderd werknemers. Ze begeeft zich in goede kringen, gaat af en toe met een internationale delegatie mee naar nieuwe exportlanden, ontmoet ambassadeurs en hoge funtionarissen. En zij vind zichzelf nogal een sukkel.

Als ze binnenkomt straalt ze rust uit, veiligheid en ervaring. Een vrouw die zich niet op de kast laat jagen, vertrouwen heeft in mensen en de tijd haar werk laat doen. Voor haar managementteam is ze een rots in de branding en zelfs voor de werknemers in de fabrieken is ze heel benaderbaar. Ze maakt bewust ruimte voor de mens, heeft begrip en vertrekt altijd vanuit vertrouwen.

Alleen heeft ze geen enkel idee hoe waardevol dit is. Ze kijkt enorm op tegen anderen en heeft continu het gevoel dat ze niet goed genoeg is. Tenslotte heeft ze maar een MBO achtergrond en werkt met allerlei ‘geleerde’ mensen. Ze is onzeker, maakt weinig ruimte voor haarzelf en laat regelmatig haar grenzen overschrijden. Hierdoor verliest ze energie waardoor ze nog onzekerder wordt over zichzelf.

Gedurende de eerste twee coachingsessies begint haar toch te dagen welke enorme kwaliteit ze heeft, hoe veel mensen haar vertrouwen en graag bij haar in de buurt zijn. Tijd voor een volgende stap.

A: Wat is jouw zelfbeeld eigenlijk?
C: Nou, ik vind mezelf nogal een loser!
A: En dat is nog zwak uitgedrukt toch?! Eigenlijk kun je echt helemaal niks en snapt niet dat mensen je niet doorzien
C: Euh, ja, ik ben inderdaad bang om door de mand te vallen.
A: [tikje tegen voet] Ik snap ook eerlijk gezegd niet hoe jij het voor elkaar krijgt, je bent écht een enorme sufferd, kan eigenlijk niets, bent maar een MBOer, met moeite diploma gehaald en niemand heeft in de gaten dat je zo’n loser bent. Het is ongelooflijk!
C: [beduusd, bedrukt] Nou ja, dat is eigenlijk wel hoe het voor mij is ja. Dus….
A: Een loser is letterlijk een verliezer. Iemand die nooit iets wint. Ik vind je ook een nobody. Eerlijk gezegd heb ik nauwelijks in de gaten dat je er bent. Je doet er gewoon helemaal niet toe! Je bent zinloos!
C: [tranen] …..Ik werk zo ongelooflijk hard, ik doe echt goeie deals, het bedrijf groeit, er komt een vestiging in Amerika aan, ik ben niet zinloos….dat zie ik echt wel. En ook geen loser. Zonder mij was dit bedrijf nooit zo succesvol geweest, maar ik geniet er gewoon niet echt van ofzo.
A: Ja ho ho, werken heet niet voor niets werken. Dat betekent gewoon bikkelen, niet lullen maar poetsen…niet klagen maar dragen.
C:[glimlacht] Ik hoor mijn vader praten! Hou op! Ik doe nog steeds wat hij vraagt blijkbaar, op mijn vijftigste, niet normaal toch!
A: Je bent maar een MBOer Carol. Die moeten hard werken. Face it!
C: [lach] Weer mijn vader! Mijn jongste broertje heeft de universiteit Cum Laude afgerond, ondanks dat hij zakelijk geen idee heeft hoe het moet, kijk ik toch enorm tegen hem op.
A: Terecht! Een universitair afgestudeerd persoon is veel waardevoller dan een MBOer. Dus dat klopt!
C: [heftig] Bulshit! Echt bulshit! Hij heeft geen benul hoe de wereld werkt, ik ben kneitersuccesvol! Zonder dat diploma. Daar gaat het helemaal niet om!

A: Zeg dat nog eens?
C: [grote lach] Ik ben echt KNEITERSUCCESVOL! Ik werk vanuit vertrouwen, de mensen in de fabrieken zijn dol op me, klanten lopen met me weg, resultaten zijn goed….
A: [grappende toon, tik tegen knie] Ja, ja, nu ineens succesvol, zal wel….

C:[opgelucht] Ik snap wat je doet Arno, maar ik ben echt hartstikke succesvol. Het voelt heerlijk dat oprecht uit te spreken.

Later is allang begonnen.

Sinds enige tijd heb ik Rudolf in coaching. Een man van 45 jaar, opgegroeid in een ondernemersgezin, zijn ouders hadden vier winkels, op zijn 22e kwam Rudolf ‘in de zaak’. Hij werd op zijn 32e directeur en eigenaar. Zes jaar later verkocht hij de winkels nadat zijn ouders waren gestopt. Momenteel is hij directeur van een bedrijf met 130 werknemers. Hij is getrouwd en heeft twee kinderen. Sinds een jaar voelt hij zich niet meer goed, energie neemt af en is kortgeleden bij de huisarts geweest vanwege lichamelijke klachten.

Hij komt altijd binnen met een hoog energieniveau, goedlachs, altijd in voor gezelligheid en voordat hij binnenkomt is hij altijd aan het bellen. Zo ook deze keer…

A: Hé directeurtje! Klant aan de lijn?
R: Pffff…man man
A: Was het je vrouw?
R: [flauwe glimlach] ….onze productie loopt vast vanwege leveringsproblemen, twee mensen uit mijn management zijn ziek en zojuist hoorde ik dat mijn vader voor de derde keer in het ziekenhuis ligt.
A: Directeurtje, kom eens zitten. [energiek] Man, man wat een leven. Dat jij nog staat! The last man standing. Dat vind ik wel mooi aan jou! Lachen toch?! Lekker hard werken, actie in de tent! Dit is zoals ik je ken!
R: [vermoeide blik, staat nog steeds] Ik weet even niet meer waar ik het moet zoeken…alles komt tegelijk.
A: [pakt bij schouder] Directeurtje….kom eerst eens ff zitten. Of wil je al weer weg? Vind ik ook prima!…….. [R gaat zitten] Ik zou er gewoon mee stoppen als ik jou was. Vrij simpel. Je hebt toch een financiele buffer, je bent klaar met het gezeur en jouw vader heeft je nodig. Wat is eigenlijk het probleem?

R: [diepe zucht, flauwe glimlach en begint te vertellen] Makkelijk lullen Broere!, wat is eigenlijk het probleem? Al mijn hele leven ben ik aan het werk, bezig met de zaak, ouders die het druk hadden….[bla bla bla]….Ook tijdens de eerste jaren in de zaak altijd drukte, gedoe met personeel, maar ik vond het ook mooi….[bla bla bla] En de verkoop van de winkels was natuurlijk emotioneel pittig, maar zakelijk een topbeslissing, en ik vond het ook gaaf dat het lukte….[bla bla bla] En toen moest ik me zo nodig weer inkopen in deze zaak…mijn pa had altijd commentaar, wist het altijd beter….En nu de laatste jaren gaat het zakelijk ook goed, we groeien, ik krijg de boel aan de praat, maar nu met mijn pa….ik had het altijd over later. Later als ik groot ben, of later als ik met pensioen ga….[bla bla bla] Weet je, ik wordt helemaal gek van mezelf. Ik moet altijd overal een mening over hebben, ben altijd bezig, sta altijd aan, vind alles leuk, zakelijk belangrijk, ik loop de hele dag te rennen….En doe het allemaal voor later ofzo. Maar nu met mijn vader…die deed dat ook….. voor later….[R laat zijn hoofd in zijn handen rusten]

Het voelt alsof hij helemaal leeg is, alsof hij zijn hele leven opnieuw heeft beleefd en zich overgeeft. De energie is he-le-maal weg.

A: [schopje tegen knie, guitig, uitdagend] Weet je directeurtje? Ik vind dat je nogal overdreven reageert, je hebt het een beetje druk, wat kleine tegenslag en je ligt direct op apegapen. Tjongejonge zeg. Vroeger, in de tijd van jouw vader waren er nog echte ondernemers, niet klagen maar dragen. Jouw vader had toch gelijk. Je bent geen echte ondernemer! Maar gelukkig leeft je vader nog, dus die kun je gewoon weer om advies vragen.
R: [ongeloof, bozig en vervolgens staat hij op]. Ik geen ondernemer! Heb je net niet geluisterd? Wat ik allemaal doe, hoe hard ik werk, hoe ik leerde, hoe betrokken ik ben en hoe ik het familiebedrijf verder bracht…..[stopt, kijkt me verbaasd aan]

R: Arno, weet je dat ik mijn vader nooit heb verteld hoeveel ik van hem heb geleerd, hoe ik tegen hem opkeek, ik vond hem altijd een betweter, vervelend omdaf hij altijd weerwoord had, maar ik heb zo ongelooflijk veel van hem opgestoken, overgenomen en écht gezien wat ondernemen betekent. En hij wist heel goed oplossingen te vinden en indien buiten zijn invloedsfeer juist daarin te berusten…

De energie komt terug, de lach en de trotse Arthur komt tot leven….Arthur vertrekt, ik blijf een beetje verbaasd achter.

Twee weken later is Arthur er weer. Als ik hem vraag naar wat er nu gebeurde vorige keer antwoord hij: ‘Het voelde als een achtbaan, jouw geplaag maakte me boos en ook energiek. Mijn blik op mijn vader veranderde. En toen ik me realiseerde dat er problemen zijn die ik kan oplossen en situaties waarin ik geen invloed op heb, zoals mijn vader altijd zei, ontstond er enorme ruimte en voelde ik dat ik de goede dingen doe. En meer dan dat kan ik niet.’

Met een warme glimlach vertelde Arthur dat hij bij zijn vader was geweest en hem verteld hoe veel hij van zijn vader had geleerd en zijn strubbelingen in het leven, hard werken voor later enzo. ‘En toen zei mijn vader: Arthur, later is allang begonnen’

Yasser loopt vast door alle vrouwen om hem heen

Yasser komt de Bloeikas binnen. Het is een goedverzorgde veertiger met een baardje. Hij komt in coaching omdat hij ‘het gevoel heeft dat hij zijn volgende carrière stap niet maakt en niet weet hoe het komt’.

Hij vertelt over zijn huidige situatie met een jong gezin met twee dochters, een zieke schoonmoeder en carrière wens om een volgende stap te maken. De man is een waterval, onrustig en vertelt een chaotisch verhaal.

A: Het lijkt me duidelijk Yasser, jij hebt gewoon veel te veel tijd voor jouzelf. En als je veel tijd hebt is er geen druk om te kiezen. Ik zou er nog een nieuwe hobby bij doen ofzo. Of een extra project op je werk? Goed voor je carrière.
Y: [verbaasd] Teveel tijd? Nou, dat valt wel mee hoor…
A: Nou, je hebt twee jonge kinderen, dat is niets. Ik ken een man met vijf kinderen, die heeft een groot bedrijf en alle tijd om te golfen. Jij hebt er maar twee en ben gewoon teamleider. Dus…
Y: Die doet zeker niets in het huishouden en met de kinderen dan ofzo…
A: Precies, die besteed dat helemaal uit. Dat is veel fijner. Bovendien is het vaderschap ook wel erg onderhevig aan inflatie. Dus dat kun je wel een beetje laten gaan. En jouw echtgenote, die is tenslotte toch een vrouw. Dus die kan gewoon wat meer in huis doen, daar is ze ook beter in. Dus geen punt. Jij bent de man, de jager, en zij de verzorger..
Y: [schiet in de lach] Het is eerder andersom…Marlies heeft een heel drukke baan én doet er een opleiding naast.
A: Zie je wel. Jij laat je weer voor het karretje spannen. Dacht ik al. Jouw kinderen, jouw schoonmoeder, Marlies én jouw baas is zeker ook een vrouw.
Y: [vrolijk verbaasd] Ja verrek!
A: Dus jij laat je helemaal piepelen door de vrouwen in jouw leven! [ik geef hem tik op zijn knie] En dat voor een Marrokaan!
Y: [Fel] Ik kom uit Syrië. En daar zorgen we voor elkaar! In Nederland is dat misschien anders maar..
A: [Speels tikje tegen knie] Oh, excuus. Maar dan ben je nog niet helemaal goed ingeburgerd Yasser. Je moet nog leren dat de mannen in Nederland de baas zijn!
Y: [lacht voluit]. Welke cursus is dat? Die wil ik graag doen!
A: [enthousiast met lach] De cursus heet: ‘De man en de vrouw, de keizer en de dienster’ Gaat over de Nederlandse cultuur van het onderdrukken van de vrouw en daar leer je hoe je je verantwoordelijkheid kunt ontlopen, hoe je de taken naar de vrouw delegeert en hoe je af en toe een corrigerende tik uitdeelt, dat is trouwens wel de intensieve opleiding. Dus, wat denk je?
Y: [lacht nog steeds voluit]….waar kan ik me inschrijven!

Yasser en ik zijn uitgelachen, hij lijkt weer te landen en wordt ineens serieus.

Y: Ik realiseer me ineens hoe ongelooflijk druk ik het de laatste tijd heb. Mijn ouders leven niet meer, van mijn vader leerde ik om trots te zijn door voor anderen te kunnen zorgen. En dat is wat ik nu doe. Het maakt me ook trots, maar het is gewoon te veel. Toen jij die opleiding beschreef hoorde ik allemaal dingen die ik doe en zojuist besefte ik me dat ik dat natuurlijk helemaal niet hoef te doen….en nu ik dit zeg hoor ik mijn vader praten….hoe zou hij het vinden dat het me niet lukt?
A: Hij draait zich om in zijn graf. Wat een waardeloze zoon heb ik grootgebracht…ik heb me in Yasser vergist….tssss
Y: [emotie in ogen, teder] Nee Arno, ik ben ervan overtuigd dat hij trots zou zijn als ik wat meer tijd voor mijzelf zou creëren. Vlak voordat hij stierf gaf hij me mee hoe kostbaar tijd is….

Yasser huilt zacht, het lijkt alsof hij zijn vader herinnert. Als hij weer opkijkt heeft hij een vastberaden en zachte uitstraling.

Y: Ik ga in gesprek met mijn leidinggevende, ik heb het te druk en ga zeggen dat ik het moet oplossen. Ik vind het belangrijk mijn kindjes, Marlies en schoonmoeder nu te ondersteunen, als ik een dag minder werk zou me dat heel veel ruimte geven.

Als Yasser is vertrokken ben ik stil. Wat is het toch mooi om met warmte, humor en provocatie te werken en mensen verder te brengen.

Ik zou nooit op mijn huidige job solliciteren!

David is een man van vijfenveertig, succesvol ondernemer en toch niet lekker in zijn vel. Zijn technologiebedrijf is snel gegroeid, het is een creatieve vindingrijke man die de laatste jaren energie verliest. We hebben een aantal coachingsessies achter de rug en het beeld wordt wel duidelijk.

D: [zwaarmoedig] Tja, ik weet het niet hoor. De laatste jaren vind ik het toch allemaal minder leuk
A: [vrolijk] Het leven is niet altijd leuk David, en een beetje ondernemer weet daar wel raad mee toch?
D: [zucht] Vroeger was het echt leuker…
A: [zucht luid] Pffff, je hebt gelijk…het was vroeger ook veel leuker.
D: [glimlacht] Jezus man, je lijkt mij wel….
A: [zakt verder in stoel, zucht hard] Pffff, was het nog maar vroeger, toen het leven nog fijn was…..pfffff….nog twintig jaar zwoegen….
D: [lacht hard] Maar het wás ook leuker, vroeger toen ik…….
A: [onderbreekt] Vroeger, vroeger, je klinkt als een oude man. Het was vroeger ook leuker, en het wordt in de toekomst alleen maar erger. Je hebt gewoon de beste tijd gehad. Het verval is begonnen! Dus wat is het probleem?
D: [Het probleem…nou, het valt misschien ook wel mee. Ik heb een mooi bedrijf en ik boer hartstikke goed.
A: Precies. Ik hoor geen enkel probleem. Zullen we ruilen?|
D: Wat bedoel je?
A: Nou gewoon, ik neem jouw bedrijf en inkomen over, jij die van mij?!
D: [Kijkt verbaasd….en beetje in de war]…nou misschien
A: [onderbreekt en lacht]. Dat wil ik zeker niet! Wie wil dat nou, een mooi bedrijf met een gerieflijk inkomen. Weet je, we doen het helemaal anders. Ik ben de sollicatiecommissie en jij solliciteert op je huidige baan.
A: [Formele stem] Nou David, dank voor je brief en CV, waarom denk jij dat je geschikt bent als directeur van ……
D:[Spontaan] Ik zou nooit op mijn huidige positie solliciteren, echt nooit!!!

Nu houd ik mijn mond en kijk vrolijk naar David. Hij kijkt een beetje verbaasd en geschrokken terug.

D: Nee, echt niet Arno, ik zou nooit solliciteren op wat ik nu doe!
A: Dat is duidelijke taal David. Mooi. We zijn eruit. Hoeveel waarde voeg je dan eigenlijk nu nog toe?
D: Eigenlijk niet veel…

D: Jemig, ik realiseer me wat ik net heb gezegd en ik meen het echt. Jezus, dit is best confronterend…..

Door het perspectief te verschuiven en warmte, humor en provocatie in gesprek te gaan deed David deze ferme uitspraak. Hij realiseerde zich vervolgens dat het echt zo voelt en anders moet.

Twee weken later komt hij de Bloeikas binnen. Hij lijkt tien kilo lichter en laat zich opgewekt in de stoel zakken. Nadat we koffie hebben vervolgen we het gesprek van vorige keer. Hij vertelt dat hij echt schrok van zijn eigen overtuiging dat hij nooit op zijn positie zou solliciteren, daar nog over heeft nagedacht en besproken thuis. Het werd hem letterlijk in één klap duidelijk.

Ondertussen is hij serieuze stappen aan het zetten om verandering aan te brengen in deze situatie. Hij is voornemens om te gaan overdragen aan een geschikte kandidaat. Mooi!

Ruimte, tijd en provocatief coachen

Veel cliënten die bij mij in de praktijk komen ervaren een gebrek aan ruimte. Hierdoor raken ze in de knel en lopen ze vast. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij directeuren die hun eigen ruimte zijn kwijtgeraakt aan het bedrijf, bij partners die hun eigen ruimte zien verminderen in een relatie (of gezin)én bij medewerkers die hun eigen ruimte zijn verloren in een team of organisatie.

Deze keer wil ik graag het gebrek aan tijd belichten. Tijd is immers een vorm van ruimte. Vaak hebben we er de tijd er niet voor. Hebben we het er veel te druk voor. Staat de agenda het niet toe. Met andere woorden ervaren we een gebrek aan tijd.

Ik benoem vaak de twee vormen van tijd: Kairos en Chronos. Dit zijn twee figuren uit de Griekse mythologie die staan voor de twee gezichten van tijd. Chronos staat voor de lineaire, meetbare tijd. De kloktijd zoals we die in de westerse wereld maar al te goed kennen. De tijd waarin we doel- en resultaatgericht te werk gaan. De tijd waarvan we er altijd te weinig lijken te hebben. Deze tijd is een afspraak die we hebben gemaakt, wij hebben dit fenomeen zelf gecreëerd en we laten ons hier voornamelijk door leiden. Kairos is de tijd die een meer organische bodem heeft. Het is tijd voor een goed gesprek, tijd om eens uit voor je uit te staren of tijd voor een glas wijn. Deze tijd staat voor de innerlijke tijdsbeleving. Ingrediënten voor die beleving van tijd zijn aandacht, rust en concentratie. Het is een innerlijke drijfveer. En veelal is een gebrek aan tijdsruimte dus een dominante Chronos waardoor Kairos te weinig aandacht krijgt.

Chronos hebben we nodig om ons leven in de huidige maatschappij in te richten en ons binnen de systemen te organiseren. Deze gezamenlijke tijdsafspraak is de basis voor de meeste grote systemen, economieën van de westelijke wereld. In het oosten en zuiden wordt er al wat anders omgegaan met (chronos) tijd. Kairos is belangrijk om tot jezelf te komen, creatieve ideeën te ontwikkelen en je eens te vervelen of eens tot diep in de nacht door te praten met een goede vriend. Er zit een andere en misschien wel completere waarde in deze vorm van tijd. Deze tijd lijkt soms te vliegen omdat je in een goede flow zit.

Wat heeft dit nu met provocatief coachen te maken? De positief provocatieve stijl is bij uitstek geschikt om dingen die nu eenmaal zo zijn ter discussie te stellen. En de Chronos tijd is daar een perfect voorbeeld van.

Rinus is manager bij een productiebedrijf, hij maakt onderdeel uit van het managementteam en heeft een probleem met de Chronos tijd.

R: Ik zit met mijn teams vast in ploegendiensten, iedere dag op dezelfde tijd de wissel van productiemensen. Ik heb veel te weinig tijd voor mijzelf en voel me altijd maar slaaf van de productielijn.

A: Dat voel je niet alleen, dat bén je ook. Dus dat klopt. Tja, volgens mij is het heel simpel. Als je een slaaf bent, heb je niets in te brengen. Moet je gewoon doen wat de baas zegt en in dit geval het ritme van de productielijn. Dat lijkt me een feit! Dus wat is het probleem?
R: Ik hou het niet vol, het is te druk, ik wordt gek van de klok.
A: Dan moet je er mee ophouden. Dat lijkt me ook vrij simpel. Toch?
R: Maar de productie kan niet zomaar stoppen. Dit is een geoliede machine. Alle processen zijn strak ingericht.
A: Nee, precies, jij wel. Jouw klanten wachten iedere dag op verse koekjes, die hebben afspraken gemaakt met jouw collega’s en jij moet dat gewoon leveren. Dat is jouw werk. Dus jij levert via het schema en afspraak de hoeveelheid koekjes, iedere dag. Dus dat lijkt me een vrij overzichtelijke situatie. Wat is het probleem? Eigenlijk ben je een moderne slaaf….staat jouw baas ook met een zweep klaar?
R: [Lacht] ….nou dat niet, maar zo voelt het wel.
A: En dan als je te laat bent, knal, knal…..tien zweepslagen voor te laat komen. Twintig zweepslagen voor rendementsverlies meer dan twee procent en dertig voor…
R: [Lacht harder] Nou zo erg is het ook niet!
A: Vroeger zongen de slaven ook om het werk vol te houden, misschien moet jij dat ook gaan doen! Samen, met jouw collega’s. Net als vroeger!
R: [Enthousiast] Ja, ik zie het al voor me. Met de hele productie de tijd vol zingen, om de dagen vol te houden…
A: En dan de eindbaas met zo’n trommel. Zodat jullie de maat houden en efficiënt de productie draaien. Zo kom je de tijd wel door. Uur na uur, dag na dag, week na week….Rinus de moderne slaaf….
R: [Lacht wederom] Ach, zo erg is het ook weer niet. Ik heb best ruimte om mijn eigen ding te doen.
A: Wat?! Wel eigen ruimte? Net zat je nog geketend aan jouw medeslaven, te zingen op de maat, als zo’n treurige katoenplukkende slaaf, in de hitte, zwetend….en nu heb je eigen ruimte?
R: Nou ja, zo slecht is het eigenlijk echt niet. Ik heb best mogelijkheden om invloed te hebben op mijn eigen indeling, alleen zie ik het soms te somber in merk ik nu. Er is soms weinig ruimte, maar dat is natuurlijk onderdeel van een dergelijke omgeving. Bovendien heb ik natuurlijk gewoon mogelijkheden om eigen keuzes te maken!

Door met deze manager de Chronos uit te vergroten en te ridiculiseren verandert zijn perspectief hierop en begint hij zelf te benoemen waarom het eigenlijk wel meevalt. Uiteraard is de feitelijke situatie niet veranderd, maar zijn waarneming en gevoel rond zijn situatie wel degelijk!

Chronos is een systeemafspraak waar veel mensen last van hebben en het gevoel hebben daarin geen eigen keuzevrijheid (lees ruimte) te hebben. En dat laatste is uiteraard een belangrijk onderdeel van het probleem. Door hierin mee te gaan en dit uit te vergroten wordt een andere kant zichtbaar waardoor de client anders aankijkt tegen de feitelijke situatie en wél ruimte ervaart. Je zou kunnen zeggen dat op deze manier Kairos weer duidelijker in beeld is.

Chronos, Kairos en provocatief coachen

Vader, zoon en twee zakdoeken.

Ronald is de zoon, hij is vijfenveertig jaar en werkt als chirurg. Zijn vader heet Jaap en stopte vijftien jaar geleden als huisarts. Vorige week kwamen ze voor een vader en zoon gesprek en stapten gereserveerd de Bloeikas binnen. De mannen voelen zich duidelijk niet op hun gemak.

‘Toen mijn vader overleed, wist ik precies hoe het tussen ons zat’ zeg ik tijdens mijn verhaal. Op dat moment kijkt Ronald naar zijn vader, die stuurs voor zich uit kijkt. Ronald zoekt contact, schraapt zijn keel en kijkt naar zijn vader. Jaap reageert niet, lijkt iets af te wenden. ‘Er is altijd veel liefde tussen vaders en zonen, maar ze vinden het ingewikkeld dit te tonen en hierover te praten’. Opnieuw zoekt Ronald tevergeefs contact. Jaap negeert Ronald compleet. Ik besluit om het gesprek te verleggen.

A: Jaap, ik zie dat Ronald contact met je probeert te maken, merk je dat niet?
J: Eh, nee, eerlijk gezegd niet echt.
A: Niet echt, maar wel een beetje toch Jaap?
J: Nou….
R: [lijkt te twijfelen] Pap?
J: [geagiteerd] Ja?!
A: Mannen, ik zeg wat ik zie. Het is mijn waarneming. Niet meer en minder. Benieuwd hoe jullie het ervaren. Ik zie dat Ronald een aantal keren nadrukkelijk contact met Jaap zoekt, maar Jaap doet alsof hij het niet merkt. Mijn waarneming is dat Jaap het wel merkt, maar niet weet hoe te reageren, en daarom verder afstand neemt. Dit doet Ronald zichtbaar pijn en verdriet. [dan kijk ik Jaap aan] En vermoedelijk jou ook.

Jaap slaat zijn ogen neer. Ronald is gespannen. Ik laat de stilte. Jaap speelt met zijn trouwring. Ronald kijkt naar mij. Het blijft stil.

A: Nu het zo lekker stil is, zet ik ff een plaatje op. Het heet papa, van Stef Bos. Misschien kennen jullie het wel.

Ronald en Jaap beginnen allebei te schuiven op hun stoel, er volgt een diepe zucht van beide kanten…..het voelt alsof ze zich overgeven.

Tijdens het lied komen de tranen bij Ronald, Jaap kijkt naar de grond, zeker niet naar zijn zoon, het lijkt alsof hij met kracht probeert zijn emoties te bedwingen.

A: Jaap! Kijk eens naar je zoon!
J: [staart naar de grond]
A: [Ik sta op en zeg vrolijk] Ok mannen. We stoppen! Jullie hebben lekker gepraat toch?

Jaap staat automatisch ook op en blijft een beetje onhandig staan. Ronald blijft stilletjes zitten. Voor het eerst draait hij naar Ronald, die met zijn hoofd in zijn handen zit. Jaap twijfelt, zet een stap richting zijn zoon en zakt door zijn knieën. Ronald grijpt zijn vader vast en Jaap omarmt hem. Er volgen veel tranen, een heel lange knuffel en zachtjes worden woorden gewisseld. Ik kan het niet horen, en eerlijk gezegd ben ik zelf écht geraakt dus ga maar zitten en aanschouw het tafereel.

Na enkele minuten laten ze elkaar los, er wordt verlegen en opgelucht gelachen, beide halen een zakdoek uit hun broek en snuiten hun volgelopen neus.

A: Zo! Er is contact zie ik! Vertel eens, hoe zit het eigenlijk tussen jullie?

Jaap begint te vertellen over zijn leven als huisarts, het te vroege overlijden van zijn eerste vrouw (van wie hij de trouwring nog draagt) en hoe hij het gezin met drie opgroeiende kinderen droeg. Hij werkte hard, was een geliefd huisarts, maar vond het gezin in zijn eentje draaien heel moeilijk. Hij kreeg snel na het overlijden van zijn vrouw een relatie, hij noemt het een vlucht, na twee jaar was het voorbij. Ronald ging als eerste studeren, de andere twee dochters verlieten het huis later. Jaap vertelt dat het als een opluchting voelde toen alle drie het huis hadden verlaten, en dat gevoel vond hij ingewikkeld. Jaap vertelt uitgebreid over hoe zwaar hij deze periode vond en hoe moeilijk hij het vond dat Ronald uit huis ging. Hij benoemt zijn onzekerheden en twijfels, soms geëmotioneerd, hij is helemaal open gegaan. Ronald luistert aandachtig en af en toe met ongeloof. Is dít zijn vader?! Ook benoemd Jaap hoe trots hij was toen Ronald medicijnen ging studeren, uiteindelijk als chirurg afstudeerde en nu al ruim tien jaar werkt. Al die tijd kijkt hij naar het vuur in de kachel, hij kijkt ons nauwelijks aan. Ronald golft mee met de emotie van zijn vader, hij is goed op hem afgestemd en lijkt te voelen hoe het voor zijn vader moet zijn geweest. Na een monoloog van twintig minuten kijkt Jaap op, eerst naar mij, en vervolgens, met moeite, durft hij Ronald aan te kijken.

R: Jezus pap!

Ze kijken elkaar aan en Ronald legt zijn hand op de onderarm van zijn vader. De sfeer is totaal veranderd.

A: Goed Jaap, prachtig verhaal! Maar geen antwoord op mijn vraag, hoe zit het eigenlijk tussen jullie? Misschien kan Ronald hier zijn kijk op geven?
R: Jezus pap….nou, ik weet ff niet waar te beginnen.

Vervolgens vertelt Ronald zijn hele verhaal. Ook mooi, verdrietig en herkenbaar. Na ongeveer tien minuten blijft wederom de onderlinge relatie onbesproken.

A: [Met grote lach] Mooi verhaal Ronald. Maar het zit in de familie volgens mij, ik wil nu gewoon antwoord op mijn vraag!

Ronald en Jaap zijn nu een team, tegenover mij, en hebben heel veel lol. ‘Het is inderdaad waar, we kunnen blijkbaar wel een verhaal vertellen, maar niet tegen elkaar hoe het zit ofzo.’ De mannen lachen, er is verbinding, maar ik krijg geen antwoord op mijn vraag.

Ik speel een teleurgestelde man. ‘Als jullie mijn vraag niet willen beantwoorden, dan is dat maar zo….stelletje medische….’

J: [kijkt Ronald aan] Arno, ik wil je best antwoord geven. [kijkt trots, bij het uitspreken is hij zichtbaar geëmotioneerd]. Ik hou heel veel van Ronald, en…..[emoties nemen over].
R: [betraand] …ik zoveel van jou pap…..

Ronald omarmt zijn vader, tranen, opluchting en wederom een grote lach gevolgd door twee zakdoeken.

Carlos kan niet huilen.

Carlos loopt vast met een aantal grote projecten, hij is senior manager bij een groot Nederlands bouwbedrijf. Hij heeft contact gezocht en stapt de Bloeikas binnen.

Hij vertelt over zijn baan die hij leuk vindt, zijn drukke gezin en hoe hij is opgegroeid. Tijdens de coaching gebeurt ongeveer het volgende:

C: Ik huil echt nooit! Volgens mij voel ik het gewoon niet.
A: Gelukkig! Ik kan ook echt niet tegen huilers. Het moet voor mij ook een beetje leuk blijven.
C: [lacht een beetje]. Nee, echt niet. Ik kan me niet heugen.
A: Ok Carlos, we spreken het volgende af. Ik ga je verder coachen, maar we laten géén tranen vloeien. Een man een man, een woord een woord! Deal?
C: [timide] euh, ok denk ik? Wel gek, maar ok. [vertwijfeld] Ik zit hier bij een coach toch? Daar horen toch emoties bij?
A: Als jij zegt dat je nooit huilt, geloof ik dat, bovendien is dat een gave! Past helemaal bij het plaatje van senior manager bij een bouwbedrijf. Veel mannen daar lijkt me. Dus geen emoties! Top. Dus geen emoties in de Bloeikas vandaag! [ik gooi theatraal het doosje tissues aan de kant]
C: Prima…

De coaching vervolgt. Hij vertelt over zijn vader.

A: Ik neem aan dat jouw vader net als jij ook nooit huilde. Zit gewoon in de familie. Geen emotionele incontinentie maar gewoon doorpakken!
C: [begint zacht te praten] Hij was een prima vader, maar….
A: Carlos, we hebben een afspraak, GEEN EMOTIE. Dus die weg gaan we niet in!
C: Er is wel iets dat ik wil vertellen….
A: Prima, maar GEEN EMOTIE!………[nog harder] GEEN EMOTIE!
C: [natte ogen] Ik had best vaker met hem willen….
A: Carlos! GEEN EMOTIE. We hadden een deal!
C: [begint te huilen] Het was best ingewikkeld…
A: [ik geef Carlos een tik tegen zijn schouder en sta op] Carlos! Stop! GEEN EMOTIE! We hadden een deal!

Carlos breekt. Hij lacht en huilt. Tranen vloeien minutenlang. Ik pak het doosje tissues. Enigszins verbaasd kijkt hij naar me op, hij oogt vermoeid en tegelijk guitig.

Hij vertelt over de relatie met zijn vader, hoe hij hem vroeger had gemist en nooit had ingezien hoeveel dat met hem had gedaan. Vanaf het moment dat zijn zoons naar middelbare school gaan begon er iets bij hem te knagen. Er vloeien heel veel tranen en we hebben ook heel veel lol.

C: Jeetje Arno…
A: [met lach] Ho, ho Carlos. Geen emotionele betogen en inzichten alsjeblieft. Ik heb wel even genoeg gehad!
C: [lacht] Je hebt gelijk. Het is mooi geweest voor vandaag! Maar wat een mooie…
A: [onderbreekt en geeft een speelse tik] Carlos hou op! Begin nu niet weer, we zien elkaar over twee weken. Ik zal me mentaal voorbereiden en extra tissues kopen….man, man, man…. Fijn weekend voor nu. Ben ik ook aan toe!

Carlos verlaat zichtbaar opgelucht, vermoeid en vrolijk de Bloeikas.