De glimlach van directeur Derrek….

De Bloeikas staat in het zonnetje, er is koffie en water. Zometeen komt Derrek voor zijn tweede coachingsessie. Hij is midden dertig, gaat altijd schuil achter een vriendelijke glimlach, ziet er verzorgd uit en is mede-directeur van een sportbedrijf…….en hij is helemaal uitgeput.

Op mijn vragen reageert hij heel vaak met ‘Als ik heel eerlijk ben’. En dan volgen er antwoorden zoals: ‘Heb ik op een goede dag 10% energie [glimlach]’ of ‘Hou ik het geen drie maanden meer vol [glimlach]’ en zelfs ‘Denk ik er wel eens aan hoe opgelucht ik zou zijn als mijn zakenpartner dood zou zijn [grote glimlach!]’

Derrek zit klem, ziet geen uitweg, is al lange tijd zichzelf compleet aan het saboteren en is naar mij heel eerlijk. Hij heeft al enkele malen aan zijn zakenpartner aangegeven dat hij het niet meer lang volhoud op deze manier, maar die laat geen ruimte en reageerde de laatste keer kil met ‘Dan moeten we alles maar verkopen’.

A: Jij bent natuurlijk ook super onbetrouwbaar Derrek. Wees blij met jouw zakenpartner. Man, ik was allang met je gestopt.
D: [verbaasd] huh, hoezo?
A: Je bent een soort wolf in schaapskleren Derrek….jij doet heel vriendelijk en vrolijk. Maar dat ben je helemaal niet. Dus als jij wat zegt, altijd met die verschrikkelijke glimlach van je, dan kan ik dat helemaal niet beoordelen. En je hebt ook nog eens plannen om die partner van je te laten omkomen. Heb je Bulgaren of Joego’s in gedachte…Je lijkt ook wel een beetje op Al Pacino!
D: Maar ik ben toch eerlijk geweest tegen Ron (zakenparter)?
A: Bulgaren of Joego’s? Ik zou Bulgaren doen. Die zijn goedkoop, betrouwbaar en vervolgens onvindbaar…

Derrek is even afwezig…en vertelt vervolgens..

D: Toen ik acht was is mijn jongere zusje overleden, er werd niet over gepraat, mijn ouders veranderden vanaf dat moment, zij hadden een verschrikkelijk verdriet, ik ook, maar……ik glimlachte. Ik denk om ze gerust te stellen ofzo. Onbewust ben ik vanaf dat moment mijzelf gaan wegcijferen, zorgen dat ik niemand tot last was, mijn ouders hadden het natuurlijk heel moeilijk, er was veel verdriet en zwaarte in huis. Ik wilde het weer gezellig maken, dus deed ik alles om ze op te vrolijken.

Derrek zijn glimlach is het masker en op het moment dat hij onder druk komt te staan gebruikt hij deze. Dit hardnekkige patroon heeft hij aangeleerd en zijn omgeving kan hem hierdoor niet inschatten. Als hij verdrietig of boos is laat hij een glimlach zien. Hiermee doorvoelt hij zelf ook niet meer.

Mijn bedoeling is om hem uit balans te brengen, hem duidelijk te maken wat hij doet en het te laten voelen. Ik vervolg:

A: 10% energie, dat is niet nul! Met die energie kun je nog van alles doen toch? De sportzaken kun je draaien, personeel tevreden houden en ook nog de inkoop op orde. Iemand met zo’n prachtige glimlach doet het met ZICHTBAAR gemak!
D: [verbaasd]. Maar 10% is toch veel te weinig?
A: Nee joh, integendeel! Het lijkt me beter dat je er nog wat bij gaat doen! Met jouw glimlach! Mensen willen volgens mij graag met je werken, je geeft met deze glimlach alle energie door!
D: [in de war] Nou, ik vind het wel weinig hoor!
A: Weinig, weinig? 1% is weinig, dit is TIEN KEER zo veel man! TIEN KEER. [Ik sta op] Kijk, 1% energie is dit [ik lig op de grond en sleep me voort] en 10% is dit [ik sta weer op en beweeg superenergiek].
D: [moet ongelooflijk lachen] echt niet!
A: ok, bij jou dan. Doe eens jouw variant….
D: Hij doet alsof hij zich vooruit sleept…
A: Dit is 1%, doe nu eens de 10!
D: Nee, dit is de 10!
A: Ok Derrek. Haal die glimlach van je gezicht, zo weet ik niet hoe het echt met je is. Hoe zit jouw gezicht bij 10%, [ik verhef mijn stem] ik wil GEEN GLIMLACH, maar de ECHTE emotie!
D: [laat een vermoeide blik zien] Als ik heel eerlijk ben……is mijn gezicht nu nog te positief. Ik ben echt kapot.
A: [vrolijk] Je ziet er nog best goed uit, voor iemand die helemaal kapot is. Mooi dat je nog steeds jouw positieve uitstraling hebt Derrek! Ook fijn voor jouw zakenpartner trouwens….als die je zo ziet. Wow! Die wil nog jaren met je verder!!

Derrek verlaat de Bloeikas. Twee weken erna komt hij weer binnen. Hij oogt dertig kilo lichter.

A: Zo chef, jij ziet er opgelucht uit! Maar ja, dat zegt natuurlijk niks. Jouw buitenkant is meestal niet synchroon met de binnenkant.

D: [lacht hard] Het gaat goed, echt! Toen ik naar huis reed na de vorige sessie besefte ik hoe lang ik al niet echt laat zien hoe het met me is….mijn eeuwige glimlach. Ik heb een lang gesprek gevoerd met Ron. Goed gesproken over mijn zusje, de gezinssituatie en mijn eigen reactie destijds. Jouw uitleg over het patroon en mijn huidige gedrag ook besproken. Hij gaf aan dat hij het wel bemerkte, er bij mij niet doorheen kwam en toonde vooral begrip. Ik ga de komende drie maanden verder nadenken over wat ik zakelijk wil, voor nu minder werken, ontspanning pakken en verder denken over de toekomst. Je bent nog niet van me af, maar ben heel blij met deze stap.

Peter is zijn visitekaartje geworden

Met regelmaat coach ik managers en directeuren. Een veel voorkomend thema waar ze mee komen heeft te maken met de identificatie met het werk dat ze doen en daarbij behorend ‘serieus’ gedrag.

Vroeger was een directeur ook gewoon iemand die voetbalde, wel eens een snoepje stal en met vriendjes ging spelen . Tijdens de studententijd ging dat spel vaak nog wel door in de kroeg, op gekke gala’s, en tijdens sportwedstrijden. Uiteraard werd er voorbereid op het latere ‘serieuze’ leven door vergaderingen van commissies, projectgroepen en studeren voor tentamens. Dit waren er oprecht serieuze uitdagingen voor de aankomend directeur, maar veelal bleef het toch een vrolijke en luchtige manier van leven.

Kortom, tot en met de studententijd is er veel ruimte voor spel, avontuur en vrijheid. Daarna komt de eerste baan, een serieuze relatie, hypotheek, kinderen, betere baan, meer verantwoordelijkheid et cetera. Hierbij hoort verantwoordelijk gedrag, belangrijke keuzes, managementtaal en serieuze blikken. En dit gaat allemaal niet in één keer, maar stap voor stap waardoor de manager of directeur langzaam in een staat van ’terminale serieusheid*’ belandt en zijn visitekaartje wordt.

A: Wat wil je drinken?
P: Koffie, zwart en geen koekje.
A: Ah, ik zie het al. Jij bent een geboren directeur. Neemt direct de leiding en ben heel duidelijk. Koffie, zwart, geen koekje!
P: Uh, ja..
A: De meeste directeuren hebben geen probleem, voldoende geld, mooie auto en succesvolle kinderen, net als hun vader. Dus Peter, wat kom je eigenlijk doen?
P: Nou, zo’n directeur ben ik misschien dan niet
A: Niet?! Ik zie hier een heel serieus en goed voorkomend iemand binnen komen. Met een keurig pak aan. Dus een succesvolle en vooral serieuze man. Dat hoort ook zo! Maar wat is dan precies het probleem?
P: Ja, dat pak draag ik voor mijn werk.
A: Dat vind ik ook zo mooi aan jou, dat jij je helemaal aanpast aan jouw werk. Zelfs jouw kleding pas je aan. Maar ja, een succesvol directeur draagt nu eenmaal een mooi pak. Dus wat was het probleem ook alweer?
P: Ik vind het allemaal best zwaar om eerlijk te zijn
A: Dat vind je niet alleen, dat is ook zo. Dus dat is een feit! Daarom hebben directeuren van die brede schouders Peter, die dragen dat allemaal. Zoals een echte directeur dat ook doet! Dus dat het zwaar is is logisch, dat hoort erbij toch? Je bent geen winkelbediende of buschauffeur, maar directeur. Dus wat is dan precies het probleem?
P: […..ehh]
A: Als jij het niet weet, weet ik het wel. Laat me jouw visitekaartje eens lezen?

Peter haalt het visitekaartje uit zo’n chique doosje en geeft het aan me. Ik lees hardop ‘Peter, Chief Financial Officer……..zo zeg, ik ben onder de indruk CHIEF betekent baas volgens mij, FINANCIAL is iets met veel geld en OFFICER lijkt me ook belangrijk en serieus. Dus jij hebt een heel serieuze baan en je bent dan ook een heel serieuze man met een heel serieus pak. Dus dat klopt toch? Wat is dan het probleem

P: Nou, zo belangrijk en serieus ben ik niet..
A: [ik knipoog en geef Peter een schopje tegen zijn schoen] Wel, CHIEF FINANCIAL OFFICER dat is heeeeel serieus, dat weet jij ook Peter, en dat is niet gespeeld, jij bent écht heel serieus. Ik neem aan dat..
P: [onderbreekt en kijkt me verbaasd aan]….Shit…ik ben mijn visitekaartje geworden..

Een drietal sessies verder is er veel met Peter gebeurd. Meer inzicht in gedrag, patronen en vooral meer spel in zijn leven. De provocatieve sessies hebben Peter geholpen om de staat van terminale serieusheid te herkennen en te relativeren.

Wat ik vaak ervaar is dat volwassenen stoppen met spelen en het leven echt serieus nemen. Het terug brengen van spel ik het leven van ‘serieuze volwassenen’ zie ik als een belangrijke bijdrage in de levens van mensen alsook in hun organisaties.

* De term ’terminale serieusheid’ komt van de Vrije Denkers, zie het filmpje Doen is de beste manier van denken .

Erik weet het al

Vandaag komt Erik naar de Bloeikas, hij woont in de buurt van Zwolle en belde me op advies van een vriendin. ‘Ze zegt dat ik maar eens met je in gesprek moet’. Ik ben benieuwd of hij ook zo volgzaam op mij reageert.

Erik komt zelfverzekerd binnen, een man van midden in de veertig met een stoer uiterlijk. Kale kop, breedgeschouderd en sportief gekleed. Hij neemt plaats aan tafel en kijkt me vervolgens vertwijfeld aan. Ik leid hem met vragen, hij vertelt en ik stuur. Hij heeft een drietal winkels, vastgoed, een vriendin en dat loopt allemaal. ‘En toch voel ik me gewoon niet goed, rusteloos en ook lusteloos ofzo’.

We gaan van tafel en nemen plaats in de coachstoelen. Erik vertelt zichzelf dat hij het toch goed voor elkaar heeft, en vind dat hij daarom niet mag zeuren maar zich toch niet goed voelt. Ik kies voor de provocatieve aanpak.

A: Wat is nou het probleem Erik? Volgens mij wil je gewoon ff zeuren.
E: Wist ik maar wat het probleem was.
A: Ok. We gaan ff heel snel een oefening doen. Dit is een wetenschappelijk onderzochte methode. Volg mij maar. Je moet niet nadenken maar direct antwoorden. Duidelijk?
E: euhh, ok?
A: [heel hoog tempo] Geef je werk een cijfer..
E: Eh, zeven
A: Sneller, je gezondheid
E: Zeven
A: Financiële situatie
E: Negen!
A: Relatie
E: Viertje?!
A: Dat lijkt me aan de hoge kant, ik zeg maximaal een twee!
E: [kijkt me verbaasd en geschrokken aan]. Eigenlijk wist het natuurlijk wel. Maar dat het zo duidelijk is. Shit. En tja. Wat nu….?
A: Een twee is natuurlijk prima. Het is geen één, maar wel veel ruimte om te verbeteren. De rest van je leven is goed op orde. Dus alle ballen op het verbeteren van de relatie. Simpel.
E: Ik loop al ongeveer anderhalf jaar te sappelen, alleen het is geen goed moment.
A: Nee, daarom moet je het nu niet verbreken. Ik denk dat het juiste moment er binnenkort wel komt, toch?
E: [schiet in de lach]. Ach nee man, ik weet het toch ook wel. Ik zit mezelf gewoon te besodemieteren.
A: En niet alleen jezelf, je besodemietert je vriendin ook. Je laat haar ook in de waan.
E: Welnee, ze voelt het natuurlijk al lang…
A: [Ik sta op en met gespeelde boosheid] En je probeert ook mij te besodemieteren door net te doen of je het niet weet! Je bent gewoon heel goed in het besodemieteren van mensen. Daarom lopen jouw winkels zeker ook zo goed!
E: [geëmotioneerd en boos] Nee! Ik sta er juist voor dat ik eerlijk ben met klanten, ik ben een fatsoenlijk ondernemer en heb het beste met mensen voor. Daarom vind ik het ook zo moeilijk om…[breekt]
A: Om de relatie met je vriendin de beëindigen, je wilt haar geen pijn doen toch?
E: [hoofd in handen, huilt en knikt ja]

Ik sta op om een glaasje water voor Erik in te schenken, de doorbraak is er. Erik laat zich in de stoel zakken, legt zijn hoofd achterover, ogen dicht en wrijft met zijn handen over zijn gezicht. Na twee minuten ga ik weer bij hem zitten en zet glas op tafel.

Erik kijkt me bedroefd en ook berustend aan. ‘Ik vind het niet leuk, maar het is ook bevrijdend. Het is duidelijk wat me te doen staat Arno. Bovendien is het natuurlijk voor haar ook voelbaar. Ik vind het gewoon spannend, that’s it. Maar ik ga het wel doen. Vanavond.’

De volgende morgen krijg ik een appbericht van Erik: ‘Ik heb de relatie naar zes jaar verbroken, ik vond het heel moeilijk, maar het viel uiteindelijk heel erg mee. En voor Margriet was het geen verrassing. We zijn samen verdrietig maar het is goed’