Hans Willem de pleaser

Hans Willem komt voor zijn eerste sessie de Bloeikas binnen. Hij werkt als bedrijfsleider van één van de locaties van een constructiebedrijf en zijn directeur heeft hem naar mij verwezen. Hij is rond de veertig jaar en loopt vast.

Hij vertelt over zijn situatie van een druk gezin met een zoontje van tien en een tweeling van vijf, zijn vrouw is kortgeleden een eigen bloemenzaak begonnen en zijn vader overleed twee jaar geleden. Hij verliest het plezier in zijn werk, drinkt te veel alcohol en is geen leuk gezinslid meer. Enthousiast vertelt hij over de jaren dat hij werkte als manager van een outdoor sportbedrijf, dat was opgericht door zijn vader. Voor het overlijden van zijn vader was hij er al gestopt.

Hans Willem is een man die er veel aan doet om gezien te worden, zijn opvoeding was wispelturig en hij heeft zichzelf aangeleerd om iedereen te vriend te willen houden. Een pleaser dus. Tenslotte zit hij als een zoutzak in de Bloeikas, geen spatje energie.

A: Dus eigenlijk is jouw vrouw het probleem toch? Zij moet zo nodig een nieuwe winkel starten, en daarom moet jij de hele tijd bloemen bezorgen en mee naar de veiling.
HW: [huh]. Nee, dat doe ik zelf toch?
A: Ja tuurlijk, maar als jij weigert schiet ze in de stress en krijgt ze het niet voor elkaar. Wat een nare vrouw!
HW: Nou, ze is wel lief hoor….maar…ze heeft het gewoon druk en ik kan haar toch gewoon helpen?
A: Je hebt helemaal gelijk Hans, eigenlijk zou ze er nog een winkel bij moeten hebben. Kun je nog veel meer helpen. Dan vind ze je nog leuker!!
HW: [lacht] Nou, één nieuwe zaak is wel ff genoeg. Ik moet er niet aan denken!
A: Dat zou ik ook niet doen, want als jij er aan gaat denken en ze krijgt het op haar heupen, dan komt er zo een tweede bij…
HW: Eerlijk gezegd gaat de winkel inderdaad wel heel goed, ze wil het liefst naar een nieuw pand. Ze heeft haar zinnen gezet op een mooie locatie in de binnenstad die…
A: [onderbreekt, verongelijkt] Een nieuw pand?! Wat denkt ze wel, hoe denkt ze dat te gaan doen? [verzacht]. En ik zie het helemaal voor me, jij bent heel handig toch? En houdt van klussen? Die lieve schat heeft het echt goed met jou….Hans Willem de klusser staat altijd voor je klaar liefste! Wat fijn dat je dat weer voor haar wilt doen. Topgozer ben je!
HW: Ik zie er wel tegenop….weer zo’n klus. En ik heb al een aantal keren afgezegd voor outdoor klussen waarvoor ik wordt benaderd, daar had ik zo’n zin in. Maar dat komt er gewoon niet van, met de kinderen, de winkel van Janine en mijn eigen werk.
A: [stemverheffing] En dat vind ik juist zo mooi aan jou Hans, dat jij het ENIGE waar JIJ plezier uit haalt afzegt om de rest te pleasen….je bent écht een tópgozer! Wat zal Janine trots op je zijn!

Hans Willem wordt stil, brengt zijn handen naar zijn gezicht en kijkt me verdoofd aan. ‘Verdomme Arno, dat is het precies, VERDOMME!’ Hij huilt zacht, met zijn hoofd in zijn handen en vertelt.

HW: [geëmotioneerd] Ik ben zo godsgruwelijk doodmoe man, als sinds het overlijden van pa ben ik als een idioot aan het rennen. Mijn moeder, de kinderen, de bloemenzaak, mijn nieuwe job….ik ben op. En weet je wat het stomme is?……Niemand vraagt expliciet mijn hulp ofzo, ik ga als een idioot mijn moeder helpen en Janine bij haar nieuwe zaak….zonder dat ze het me vragen. Ik wil ze gewoon helpen, ontlasten…maar ik doe het echt zelf.

Een week later spreek ik Hans Willem weer. Hij vertelt dat het al lange tijd niet meer ging, dat ook Janine en anderen hem wilden helpen maar hij het zelf wilde oplossen. Hij ging eigenlijk alleen maar versnellen, nog meer werken, laten zien dat hij het wél kon. Met Janine heeft hij een open gesprek gevoerd, ze schrok van zijn emotie toen hij vertelde hoe hij zich écht voelde. Hans is enorm opgelucht. ‘Maar nog steeds wil ik sterk zijn en vind het moeilijk om te veranderen’

A: [guitig] Maar ik zou ook gewoon zo doorgaan! En als Janine dat nieuwe pand betrekt gewoon weer klaarstaan, dan blijft ze je tenminste lief vinden…
HW: [open lach en kijkt me vastbesloten aan] Haha, nou, ik wil echt graag veranderen Arno. Ik weet ook wel dat Janine me ook lief vind als ik….
A: [geschrokken] Hans! Niet doen! Straks heb ik jouw echtscheiding veroorzaakt….dat is heel slecht voor mijn imago!
HW: [lachend] Kom maar op!

Na de zesde sessie ronden we af. Hans Willem heeft ruimte voor zichzelf gecreëerd, is weer begonnen met outdoor activiteiten en voelt zich veel energieker.

Hij sluit af met een groot dankjewel en zegt ‘Op de één of andere vage manier gebeurt er hier altijd iets ongelooflijk goeds’

Slavin Irene

Irene is zakelijk succesvol. Ze is begin vijftig, moeder van drie kinderen en getrouwd met Bart. Dit is haar derde coachingsessie, ze voelt zich al enige tijd niet gelukkig.

Mijn intuitie zegt dat de relatie met Bart niet goed is, echter Irene laat het onderwerp telkens los. Het overdrijven van de situatie met humor geeft inzicht, maakt wakker en zorgt voor een reactie. Tijd voor deze aanpak.

A: Hoe voel jij je eigenlijk als Bart om je heen is?
I: Hoe bedoel je?
A: Nou, volgens mij is het nogal een mannetje.
I: Ik hou heel veel van hem…
A: Oh, dan is dat geen probleem…..[stilte]
I: [bedenkelijk]. Wat bedoelde je eigenlijk, dat Bart een mannetje is….
A: [opgeruimd] Niets hoor. Je houdt heel veel van hem toch?
I: Ja, dat wel, maar…..
A: [onderbreekt] Dat is dus goed. Wat is eigenlijk wel het probleem?
I: Toch nog even over Bart….
A: Nee, je bent niet zo gelukkig, maar het ligt niet aan Bart, want je houdt veel van hem zeg je toch?
I: Je vroeg hoe ik me voel als hij om me heen is…..nu ik erover nadenk….best wel gespannen…
A: Ik ben ook wel eens gespannen, lijkt me niet echt een probleem toch….die Bart.
I: Ik ben zelfs een beetje op mijn hoede…..of ik wel de juiste dingen zeg.
A: Dat vind ik zo mooi aan jou, dat je altijd de juiste dingen zegt, doe je hier ook….heerlijk lijkt me dat voor Bart.
I: Maar dat is toch te gek voor woorden?!
A: Nou, de MAN is nog altijd de baas in huis toch? Een goede VROUW dient zich hieraan aan te passen, zoodat de MAN het in huisch gerieflijk heeft.
I: [opstandig, verbaasd, verward] Ja ho es even….
A: Ik doe even Bart. ‘Dag liefste, hoe was jouw dag? De mijne was ….blablabla…….en wat heb je voor lekkers gekookt? Waarom heb je me niet gecomplimenteerd met mijn nieuwe klant? Had ik je toch vertelt? Interesseert het je niet wat ik doe? ‘

I: Nou, zo gaat het soms precies! En als ik dan niet de juiste dingen zegt, dan….
A: ‘En heb je de kinderen al in bed gedaan? Je weet toch dat ik dat graag wil. Oh, en ik moet vanavond nog tennissen, dus jij moet thuisblijven. Ik neem trouwens jouw auto even mee, de mijne moet nog getankt, wil jij dat even doen? Ja? Fijn. Nou lieverd, fijn dat jij ook een fijne dag had. Ik lust wel een wijntje, schenk jij het even in? ‘

I:[schiet in de lach] Nou, zo erg is het niet…..
A: Maar het scheelt niet veel! Wat een verschrikkelijke man heb je eigenlijk. Hoe lang ben je met hem samen? Ik zou het wel weten, die tiran…
I: [geschrokken]. Wat bedoel je?…
A: Nou, weggaan natuurlijk! Je bent financieel onafhankelijk, directeur van twee flinke ondernemingen en thuis ben je een slavin! Dat is afgeschaft hoor! Maar misschien wil jij het weer introduceren….kan ik je niet kopen? Op de slavenmarkt, ik ga Bart zo ff bellen. Ik heb ook van alles wat jij zou kunnen doen voor mij. Lijkt me wel mooi. Heerlijk!!

I:[schiet in de lach, actief]. Oh, wat erg….het is inderdaad wel wat je zegt, ik voel me soms echt soort gevangen!
A: Dat voel je goed, want dat ben je ook. Je bent ZIJN bezit!
I: [laat zich in stoel zakken, realisatie in stilte]……shit Arno. Shit, shit! Nu ik dit zo benoem zie ik hoe het veranderd is. Dit is niet goed hè?

Irene realiseert zich wat ze normaal is gaan vinden en voelt ook hoeveel last ze ervan heeft. Ze stapt in verwarring uit de stoel. Schudt mijn hand en loopt naar de deur.

Ze draait zich om en kijkt me vastberaden aan en zegt: Arno, dankjewel. Ik wil hier volgende keer mee aan de slag. Ik realiseer me nu pas hoeveel ik me aanpas, het zal niet makkelijk zijn, maar ik ben nu al opgelucht!

Ruimte, tijd en provocatief coachen

Veel cliënten die bij mij in de praktijk komen ervaren een gebrek aan ruimte. Hierdoor raken ze in de knel en lopen ze vast. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij directeuren die hun eigen ruimte zijn kwijtgeraakt aan het bedrijf, bij partners die hun eigen ruimte zien verminderen in een relatie (of gezin)én bij medewerkers die hun eigen ruimte zijn verloren in een team of organisatie.

Deze keer wil ik graag het gebrek aan tijd belichten. Tijd is immers een vorm van ruimte. Vaak hebben we er de tijd er niet voor. Hebben we het er veel te druk voor. Staat de agenda het niet toe. Met andere woorden ervaren we een gebrek aan tijd.

Ik benoem vaak de twee vormen van tijd: Kairos en Chronos. Dit zijn twee figuren uit de Griekse mythologie die staan voor de twee gezichten van tijd. Chronos staat voor de lineaire, meetbare tijd. De kloktijd zoals we die in de westerse wereld maar al te goed kennen. De tijd waarin we doel- en resultaatgericht te werk gaan. De tijd waarvan we er altijd te weinig lijken te hebben. Deze tijd is een afspraak die we hebben gemaakt, wij hebben dit fenomeen zelf gecreëerd en we laten ons hier voornamelijk door leiden. Kairos is de tijd die een meer organische bodem heeft. Het is tijd voor een goed gesprek, tijd om eens uit voor je uit te staren of tijd voor een glas wijn. Deze tijd staat voor de innerlijke tijdsbeleving. Ingrediënten voor die beleving van tijd zijn aandacht, rust en concentratie. Het is een innerlijke drijfveer. En veelal is een gebrek aan tijdsruimte dus een dominante Chronos waardoor Kairos te weinig aandacht krijgt.

Chronos hebben we nodig om ons leven in de huidige maatschappij in te richten en ons binnen de systemen te organiseren. Deze gezamenlijke tijdsafspraak is de basis voor de meeste grote systemen, economieën van de westelijke wereld. In het oosten en zuiden wordt er al wat anders omgegaan met (chronos) tijd. Kairos is belangrijk om tot jezelf te komen, creatieve ideeën te ontwikkelen en je eens te vervelen of eens tot diep in de nacht door te praten met een goede vriend. Er zit een andere en misschien wel completere waarde in deze vorm van tijd. Deze tijd lijkt soms te vliegen omdat je in een goede flow zit.

Wat heeft dit nu met provocatief coachen te maken? De positief provocatieve stijl is bij uitstek geschikt om dingen die nu eenmaal zo zijn ter discussie te stellen. En de Chronos tijd is daar een perfect voorbeeld van.

Rinus is manager bij een productiebedrijf, hij maakt onderdeel uit van het managementteam en heeft een probleem met de Chronos tijd.

R: Ik zit met mijn teams vast in ploegendiensten, iedere dag op dezelfde tijd de wissel van productiemensen. Ik heb veel te weinig tijd voor mijzelf en voel me altijd maar slaaf van de productielijn.

A: Dat voel je niet alleen, dat bén je ook. Dus dat klopt. Tja, volgens mij is het heel simpel. Als je een slaaf bent, heb je niets in te brengen. Moet je gewoon doen wat de baas zegt en in dit geval het ritme van de productielijn. Dat lijkt me een feit! Dus wat is het probleem?
R: Ik hou het niet vol, het is te druk, ik wordt gek van de klok.
A: Dan moet je er mee ophouden. Dat lijkt me ook vrij simpel. Toch?
R: Maar de productie kan niet zomaar stoppen. Dit is een geoliede machine. Alle processen zijn strak ingericht.
A: Nee, precies, jij wel. Jouw klanten wachten iedere dag op verse koekjes, die hebben afspraken gemaakt met jouw collega’s en jij moet dat gewoon leveren. Dat is jouw werk. Dus jij levert via het schema en afspraak de hoeveelheid koekjes, iedere dag. Dus dat lijkt me een vrij overzichtelijke situatie. Wat is het probleem? Eigenlijk ben je een moderne slaaf….staat jouw baas ook met een zweep klaar?
R: [Lacht] ….nou dat niet, maar zo voelt het wel.
A: En dan als je te laat bent, knal, knal…..tien zweepslagen voor te laat komen. Twintig zweepslagen voor rendementsverlies meer dan twee procent en dertig voor…
R: [Lacht harder] Nou zo erg is het ook niet!
A: Vroeger zongen de slaven ook om het werk vol te houden, misschien moet jij dat ook gaan doen! Samen, met jouw collega’s. Net als vroeger!
R: [Enthousiast] Ja, ik zie het al voor me. Met de hele productie de tijd vol zingen, om de dagen vol te houden…
A: En dan de eindbaas met zo’n trommel. Zodat jullie de maat houden en efficiënt de productie draaien. Zo kom je de tijd wel door. Uur na uur, dag na dag, week na week….Rinus de moderne slaaf….
R: [Lacht wederom] Ach, zo erg is het ook weer niet. Ik heb best ruimte om mijn eigen ding te doen.
A: Wat?! Wel eigen ruimte? Net zat je nog geketend aan jouw medeslaven, te zingen op de maat, als zo’n treurige katoenplukkende slaaf, in de hitte, zwetend….en nu heb je eigen ruimte?
R: Nou ja, zo slecht is het eigenlijk echt niet. Ik heb best mogelijkheden om invloed te hebben op mijn eigen indeling, alleen zie ik het soms te somber in merk ik nu. Er is soms weinig ruimte, maar dat is natuurlijk onderdeel van een dergelijke omgeving. Bovendien heb ik natuurlijk gewoon mogelijkheden om eigen keuzes te maken!

Door met deze manager de Chronos uit te vergroten en te ridiculiseren verandert zijn perspectief hierop en begint hij zelf te benoemen waarom het eigenlijk wel meevalt. Uiteraard is de feitelijke situatie niet veranderd, maar zijn waarneming en gevoel rond zijn situatie wel degelijk!

Chronos is een systeemafspraak waar veel mensen last van hebben en het gevoel hebben daarin geen eigen keuzevrijheid (lees ruimte) te hebben. En dat laatste is uiteraard een belangrijk onderdeel van het probleem. Door hierin mee te gaan en dit uit te vergroten wordt een andere kant zichtbaar waardoor de client anders aankijkt tegen de feitelijke situatie en wél ruimte ervaart. Je zou kunnen zeggen dat op deze manier Kairos weer duidelijker in beeld is.

Chronos, Kairos en provocatief coachen

Peter is zijn visitekaartje geworden

Met regelmaat coach ik managers en directeuren. Een veel voorkomend thema waar ze mee komen heeft te maken met de identificatie met het werk dat ze doen en daarbij behorend ‘serieus’ gedrag.

Vroeger was een directeur ook gewoon iemand die voetbalde, wel eens een snoepje stal en met vriendjes ging spelen . Tijdens de studententijd ging dat spel vaak nog wel door in de kroeg, op gekke gala’s, en tijdens sportwedstrijden. Uiteraard werd er voorbereid op het latere ‘serieuze’ leven door vergaderingen van commissies, projectgroepen en studeren voor tentamens. Dit waren er oprecht serieuze uitdagingen voor de aankomend directeur, maar veelal bleef het toch een vrolijke en luchtige manier van leven.

Kortom, tot en met de studententijd is er veel ruimte voor spel, avontuur en vrijheid. Daarna komt de eerste baan, een serieuze relatie, hypotheek, kinderen, betere baan, meer verantwoordelijkheid et cetera. Hierbij hoort verantwoordelijk gedrag, belangrijke keuzes, managementtaal en serieuze blikken. En dit gaat allemaal niet in één keer, maar stap voor stap waardoor de manager of directeur langzaam in een staat van ’terminale serieusheid*’ belandt en zijn visitekaartje wordt.

A: Wat wil je drinken?
P: Koffie, zwart en geen koekje.
A: Ah, ik zie het al. Jij bent een geboren directeur. Neemt direct de leiding en ben heel duidelijk. Koffie, zwart, geen koekje!
P: Uh, ja..
A: De meeste directeuren hebben geen probleem, voldoende geld, mooie auto en succesvolle kinderen, net als hun vader. Dus Peter, wat kom je eigenlijk doen?
P: Nou, zo’n directeur ben ik misschien dan niet
A: Niet?! Ik zie hier een heel serieus en goed voorkomend iemand binnen komen. Met een keurig pak aan. Dus een succesvolle en vooral serieuze man. Dat hoort ook zo! Maar wat is dan precies het probleem?
P: Ja, dat pak draag ik voor mijn werk.
A: Dat vind ik ook zo mooi aan jou, dat jij je helemaal aanpast aan jouw werk. Zelfs jouw kleding pas je aan. Maar ja, een succesvol directeur draagt nu eenmaal een mooi pak. Dus wat was het probleem ook alweer?
P: Ik vind het allemaal best zwaar om eerlijk te zijn
A: Dat vind je niet alleen, dat is ook zo. Dus dat is een feit! Daarom hebben directeuren van die brede schouders Peter, die dragen dat allemaal. Zoals een echte directeur dat ook doet! Dus dat het zwaar is is logisch, dat hoort erbij toch? Je bent geen winkelbediende of buschauffeur, maar directeur. Dus wat is dan precies het probleem?
P: […..ehh]
A: Als jij het niet weet, weet ik het wel. Laat me jouw visitekaartje eens lezen?

Peter haalt het visitekaartje uit zo’n chique doosje en geeft het aan me. Ik lees hardop ‘Peter, Chief Financial Officer……..zo zeg, ik ben onder de indruk CHIEF betekent baas volgens mij, FINANCIAL is iets met veel geld en OFFICER lijkt me ook belangrijk en serieus. Dus jij hebt een heel serieuze baan en je bent dan ook een heel serieuze man met een heel serieus pak. Dus dat klopt toch? Wat is dan het probleem

P: Nou, zo belangrijk en serieus ben ik niet..
A: [ik knipoog en geef Peter een schopje tegen zijn schoen] Wel, CHIEF FINANCIAL OFFICER dat is heeeeel serieus, dat weet jij ook Peter, en dat is niet gespeeld, jij bent écht heel serieus. Ik neem aan dat..
P: [onderbreekt en kijkt me verbaasd aan]….Shit…ik ben mijn visitekaartje geworden..

Een drietal sessies verder is er veel met Peter gebeurd. Meer inzicht in gedrag, patronen en vooral meer spel in zijn leven. De provocatieve sessies hebben Peter geholpen om de staat van terminale serieusheid te herkennen en te relativeren.

Wat ik vaak ervaar is dat volwassenen stoppen met spelen en het leven echt serieus nemen. Het terug brengen van spel ik het leven van ‘serieuze volwassenen’ zie ik als een belangrijke bijdrage in de levens van mensen alsook in hun organisaties.

* De term ’terminale serieusheid’ komt van de Vrije Denkers, zie het filmpje Doen is de beste manier van denken .